woensdag 4 februari 2009

Notities (8)

Liefde of vrijheid, waar heb je voor gekozen?

Dat was de vraag die Rachel ons stelde tijdens haar training van het Bloedmysterie. Hier een eerste aanzet.

De werkelijke reden waarom vrouwen zich niet kunnen bevrijden, is de liefde. De liefde voor hun mannen, hun kinderen, hun familie, ondanks alles, houdt hen geketend en maakthen afhankelijk. De liefde is zowel de kracht als de zwakte van vrouwen.” Dit is een uitspraak van Marianne Frederiksson die Louise Boelens aanhaalt in haar boek Vrouwen van 50. Onze ketens, zegt Boelens verder, hangen samen met de verhouding tussen liefde en verantwoordelijkheid.

Ik zag al heel jong hoe mijn moeder klem zat in een huwelijk met vijf kinderen en een man die niet al te veel verdiende. Mijn moeder had ambities gehad, maar nu zat ze vast. Muurvast. Ze werkte, hele dagen, wat in die tijd ronduit een schande was. Katholiek waren we en de buurvrouw ook: die zag ons sleutelkinderen als een bewijs van de slechte moeder die mijn moeder in haar ogen moest zijn. Kinderopvang was er niet dus toen wij nog heel klein waren, huurde zij nichten in die voor ons zorgden: particuliere kinderopvang avant la lettre. Let wel: mijn moeder werkte hele dagen (op kantoor), mijn vader deed nog steeds het werk dat hij altijd had gedaan: lasser op de scheepswerf. Wij hadden geen vetpot thuis.

Als meisje droomde ik van een prins op het witte paard. Daar kwam geen gezin of kinderen aan te pas. Ik wist al heel vroeg dat ik niet de fout moest maken die mijn moeder had gemaakt: het huwelijk en het moederschap waren regelrechte valkuilen als je als meisje je leven in vrijheid wilde leven. Later droomde ik van de wilde vaart: oftewel in een vrachtauto rijden, lekker stoer of in een snelle sportauto met herdershond over de wegen crossen.

Ik denk dat mijn moeder opstond met schuld en er mee naar bed ging. De hele maatschappij wees naar haar: de buurvrouw, de juf op school, de schooldirecteur, de politie die op een zeker moment bij ons aan de deur kwam, de beroepskeuze-adviseurs op de lagere school, noem ze maar op. Ze vocht ertegen, uit alle macht, als een leeuwin, tegen de klippen op.

Ik kan het mijn moeder niet meer vragen, want zij leeft niet meer.
Hulde aan mijn moeder!

Heb ik liefde gekozen of vrijheid? Ik heb vrijheid gekozen, maar heb ik in vrijheid voor liefde gekozen? Als je kiest voor vrijheid als vrouw, is je pad niet makkelijk. Ik ben de Ijzeren Maagd geweest, en de Female Warrior, de Krijsende Raaf en de trappende Epona. I’ve seen it all. En ik heb in de Ketel gezeten, eindeloos, reddeloos, radeloos. Stiller dan eenzaamheid kan het niet zijn. En toen ik het niet meer wist, boog ik mijn hoofd en zei: ik weet het niet meer. Help. En toen kwam er een prins op een wit paard. Ik wist toen nog niet dat ik mijn hoofd had gebogen voor Haar. Ik gaf het over, ik stapte uit mijn eigen opgeblazen ik doe het zelf wel en ik weet het zelf allemaal heel goed harnas en ik zei deemoedig dat ik het niet alleen kon. En toen kwam zij. Ze bracht me een prins op een wit paard. En ik ging met hem mee. In volle vrijheid. Of toch niet? Ik kon niet nog meer eenzaamheid en een toekomst van 30 plus en helemaal alleen aan, ik was toe aan surrender. Dus heb ik het allemaal gezien en gevoeld. Het patroon. De verhoudingen. Mijn opvoeding als meisje, mijn maatschappelijke aanpassing als vrouw.
Maar, zoals de wijzen zeggen, ik verspil mijn tijd, want toen is toen en nu is nu. En nu is er alleen tijd voor vrijheid. (Taisha Abelar, Sprong in het onbekende, 144).

Lida, 2008

Geen opmerkingen:

Een reactie posten